Totalt antal verbformer: 52
Imperativ och particip |
Tegenwoordig en verleden deelwoord | regionaliserend |
Tegenwoordig en verleden deelwoord | geregionaliseerd |
Typ | ik | jij | hij/zij/het | wij | jullie | zij |
Presens | regionaliseer | regionaliseert | regionaliseert | regionaliseren | regionaliseren | regionaliseren |
Imperfect | regionaliseerde | regionaliseerde | regionaliseerde | regionaliseerden | regionaliseerden | regionaliseerden |
Toekomende tijd I | zal regionaliseren | zult regionaliseren | zal regionaliseren | zullen regionaliseren | zullen regionaliseren | zullen regionaliseren |
Conditionalis I | zou regionaliseren | zou regionaliseren | zou regionaliseren | zouden regionaliseren | zouden regionaliseren | zouden regionaliseren |
Perfectum | heb geregionaliseerd | hebt geregionaliseerd | heeft geregionaliseerd | hebben geregionaliseerd | hebben geregionaliseerd | hebben geregionaliseerd |
Voltooid verleden tijd | had geregionaliseerd | had geregionaliseerd | had geregionaliseerd | hadden geregionaliseerd | hadden geregionaliseerd | hadden geregionaliseerd |
Toekomende tijd II | zal geregionaliseerd hebben | zult geregionaliseerd hebben | zal geregionaliseerd hebben | zullen geregionaliseerd hebben | zullen geregionaliseerd hebben | zullen geregionaliseerd hebben |
Conditionalis II | zou hebben geregionaliseerd | zou hebben geregionaliseerd | zou hebben geregionaliseerd | zouden hebben geregionaliseerd | zouden hebben geregionaliseerd | zouden hebben geregionaliseerd |
Imperatief | - | regionaliseer | - | - | regionaliseert | - |
Verb som liknar regionaliseren
Böjda verb före och efter regionaliseren
Fler åtgärder för regionaliseren